Afl. 4 - Sjeng Maessen, 'vader der gemeente'

Gepubliceerd op 15 november 2023 om 11:05

Sjeng Maessen (1834-1897), burgemeester van Vlodrop, Posterholt en Melick-Herkenbosch. Dit is de enige van hem bekende foto, een fragment uit een groepsportret van de liedertafel De Eendracht


Herbergiers

De langstzittende burgemeester van Vlodrop, Jan Maessen, geboren in 1834, was de zoon van een ‘akkerman’ uit de Grootestraat, die later herbergier werd. Zijn moeder was Anna Maria Kersten. Jan was de tweede in een reeks van acht kinderen[1]. In 1859 trouwde Jan met Maria Potting, een meisje ook weer uit een geslacht van herbergiers. Zij kregen eveneens acht kinderen, allemaal jongens.

Verschillende voorvaderen van Jan hadden al ambtelijke en bestuurlijke functies bekleed in de Roerstreek. Zijn oom, ook een Jan Maessen, landbouwer, was al burgemeester van Vlodrop en Posterholt van 1819 tot 1835. Die bestuurservaring heeft ongetwijfeld meegespeeld dat de jongere Jan al in 1860, op 26-jarige leeftijd, secretaris en ontvanger van de gemeente Vlodrop werd. Hij zal in het dorp wel gewoon Sjeng hebben geheten, en zo zal ik hem hierna noemen.

Noorderzon

Twaalf jaar later, in 1872, werd Sjeng Maessen burgemeester van Vlodrop, nadat zijn voorganger met de noorderzon was vertrokken. Deze man, J.M. Klaessen, was in 1864 burgemeester van Vlodrop en Posterholt geworden, maar hij raakte in opspraak. In 1872 had hij flinke schulden gemaakt. Een faillissement was in de negentiende eeuw een grotere schande dan veel misdrijven en Klaessen had de vlucht naar het buitenland genomen. Twee raadsleden van Vlodrop vroegen daarop in een brief aan de minister van Binnenlandse Zaken om Jan Maessen, die al gemeentesecretaris en ‑ontvanger was, ook maar tot burgemeester te benoemen. En zo geschiedde, waarbij hij bovendien dat ambt in Posterholt ging bekleden. Op het voordrachtformulier van de gouverneur aan de minister stond als zijn beroep aannemer vermeld.

Vriend des volks

Maessen was dus al een bekende persoon in de streek. In de Maas- en Roerbode verscheen een artikel van een anonymus die ondertekende met 'Eén uit naam van allen'. Hij schreef dat onmiddellijk bij het bekend worden van de benoeming de mensen naar Sjeng togen om hem te feliciteren. De zangvereniging De Eendracht, waarvan hij al jaren directeur was, bracht hem een serenade. 'De vriendelijke omgang, de bereidvaardige hulp, die hij ieder betoont, de vredelievendheid die hij alom aan de dag legt, zijn handel en wandel maken hem den vriend des volks, den helper der gemeenteambtenaren, den handhaver van eensgezindheid en liefde; hij mag inderdaad den naam van 'vader der gemeente' dragen. (…) Leve onze burgemeester!' Het feit dat burgemeester Klaessen was ontslagen werd zonder enige toelichting in het dagblad vermeld. Er was niemand die daarom rouwde.

IJzeren Rijn

Sjeng leefde met zijn gezin vermoedelijk op het laatste stukje van de Grootestraat bij de Markt, want daar woonden rond 1850 de enige drie families Maessen naast elkaar. De eerste jaren zullen voor hem, met zijn bestuurlijke ervaring, nog wel overzichtelijk zijn geweest, maar vanaf 1875 diende de grote wereld zich aan. Dat alles had te maken met zijn dorp als grensgemeente. De nieuwe spoorlijn tussen Antwerpen en het snel groeiende Duitse industriegebied zou ver weg van het dorp, maar wel op Vlodrops grondgebied, de grens passeren. Omdat het Rijk eiste dat er een station moest komen binnen vijfhonderd meter van de grens, kreeg Vlodrop op zes kilometer van zijn kern een groot spooremplacement.

De aanleg van de IJzeren Rijn was een kolossaal project waarvoor de arbeiders zelfs uit Polen kwamen en dat leidde wel eens tot onrust wanneer er gedronken was. Er is een krantenbericht dat Sjeng Maessen persoonlijk met een knuppel achter vechtersbazen aanging die een vrouw hadden lastiggevallen.

Het station was zo afgelegen en werd zo groot dat er een heel rijtje huizen moest worden gebouwd voor het personeel en daarbij kon een café niet ontbreken. Misschien kwam het doordat zijn vrouw en hijzelf uit herbergiersfamilies kwamen, maar in elk geval vinden we burgemeester Sjeng en zijn Maria enkele jaren na de opening in 1879 bij Vlodrop Station terug als uitbaters van het fijne café Dalrust. Het gezin woonde daar, maar uit krantenberichten heb de indruk dat hij ook nog vaak bij zijn familie in het dorp was. Misschien hield hij er twee huizen op na.

Sjeng Maessen bleef niet alleen burgemeester van Vlodrop en van Posterholt, maar was dat vanaf 1887 ook nog van Melick-Herkenbosch en hij had andere functies in de streek. Zo was hij bestuurder van een bond van spoorwegpersoneel, bestuurder van het waterschap en commissaris bij een paar bedrijven. Als gemeentebestuurder moest hij natuurlijk af en toe naar het gouvernement in Maastricht. Het was dus wel een handig besluit van hem om met zijn vrouw een café te openen op Vlodrop Station. Wanneer hij daar uit zijn voordeur stapte, was hij zeventien minuten later al in Roermond. En als hij in de trein bleef zitten, was hij een half uur later in Weert en nog eens drie uur later zelfs in Antwerpen, zonder overstappen. Als het nodig was, kon hij ’s avonds tot half tien in Roermond vergaderen, want de laatste trein ging pas om vijf voor tien. [2]

Te paard

Juist zijn eigen dorpen, waar hij elke week spreekuur moest houden, waren voor hem moeilijker te bereiken dan Roermond. Ik neem aan dat hij daarvoor bij zijn huis aan Vlodrop Station op zijn paard of in zijn rijtuig stapte en van dorp naar dorp trok. Op regenachtige dagen zal het hem niet mee zijn gevallen, maar als het weer meezat, moet hij hebben genoten van de heerlijke natuur in zijn ambtsgebied. Hij reed of wandelde over de zandwegen en kon zien hoe het land erbij lag. Hij maakte hier en daar een praatje of werd staande gehouden omdat mensen hun wensen of zorgen met hem wilden bespreken. Hij had voor iedereen een luisterend oor en wanneer er ergens spanningen waren, slaagde hij er vaak in de angel eruit te halen. Zo werd hij de geliefde burgervader die men bij zijn tragische, vroegtijdige dood zo betreurde. Wat er in zo’n gemeente voor hem allemaal te doen was, komt volgende week aan de orde.

[1] Informatie van genealogisch onderzoeker Theo Maessen, Herkenbosch

[2] Coen Thevissen (Herkenbosch) gaf mij inzage in het oude 'spoorboekje' en in het belang van het station Vlodrop voor de IJzeren Rijn. Een andere bron voor deze serie is De IJzeren Rijn van Vincent Freriks, NVBS, 2003.

Reactie plaatsen

Reacties

Jac Van de Laar
een jaar geleden

Een mooi verhaal, dat levendige beelden oproept van een bewogen verleden.
Het maakt niet uit dat ik aan de overkant van de Maas ben geboren.

louis op de Kamp
een jaar geleden

Mooi artikel. Als rasechte Vlodroppenaar herken ik me heel aardig in dit verhaal. Ik kan de sfeer proeven. Knap wat je allemaal boven tafel hebt weten te halen.